Habrocestum graecum

Klik voor een vergroting op de foto’s.

Kijk voor de beschrijving van de soort onderaan de pagina.



Beschrijving van Habrocestum graecum

Uiterlijke kenmerken

Vrouwtje 6 tot 7,5 mm.
Abdomen geelbruin, vaak met vier zwarte vlekken op de achterste helft.
Carapax donkerbruin met verspreide lichtere haren. Clypeus met langere lichte haren. Cheliceren zwart.
Poten licht-donker geringd.
Palpen met dichte geelbruine beharing.

Mannetje 4,5 tot 5,5 mm.
Abdomen zwart met een brede witte band rondom en een karakteristiek patroon van witte vlekken in het midden. Soms met wat oranje haren.
Carapax zwart tot roodachtig aan de voorkant met een karakteristieke tekening van witte lijnen. Ook witte lijnen rond de ogen. Clypeus en cheliceren zwart.
Poten wittig-oranjebruin geringd.
Palpen met witte, oranje en geelbruine beharing.

Habitat

Warme, droge, stenige en zandige gebieden op bijvoorbeeld rotsen en boomschors.

Verspreiding

Griekenland.

Periode

De exemplaren op de foto’s zijn gevonden in juni. Verder geen informatie over de periode bekend.